Inleiding

Het programma Participatie en Werkgelegenheid is één van de programma's waarin de drie decentralisatieopgaven in het sociale domein 'landen'. Dit programma richt zich op maatschappelijke participatie en de uitvoering van de Participatiewet.
Naast het hebben van betaald werk is maatschappelijke deelname aan de gemeenschap van groot belang. Niet alleen voor het individu maar ook voor de gemeenschap als geheel. Wanneer onze inwoners onderdeel zijn van een vitale gemeenschap, waar mensen elkaar kennen en helpen, dan kunnen veel problemen zelf opgelost worden. Ons verenigingsleven is ondenkbaar zonder de inzet van vrijwilligers en de ondersteuning van en zorg voor onze zwakste inwoners zou van een heel andere kwaliteit zijn zonder de belangeloze inzet van mantelzorgers en vrijwilligers. Overigens kunnen sommige activiteiten een volgende stap zijn naar betaald werk.
Bij het streven naar participatie voor allen past het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt: een arbeidsmarkt die plaats biedt voor jongeren en ouderen en voor mensen met en zonder beperking. Participatie via arbeid levert een krachtige bijdrage aan sociale, economische en financiële zelfstandigheid, verstrekt het gevoel van eigenwaarde en levert een bijdrage aan de sociale cohesie en de economie.
De Participatiewet biedt tevens een financieel vangnet voor mensen die geen of onvoldoende middelen van bestaan hebben. Deze taak is wettelijk vastgesteld in deze wet die per 1 januari 2015 is ingegaan. Daarnaast is er gemeentelijk armoedebeleid, het sluitstuk van het financieel vangnet.

Begroot vs Realisatie
Lasten

begroot
€ 84.191
realisatie
€ 86.575
afwijking
€ -2.383 -2.8%

Begroot vs Realisatie
Baten

begroot
€ 43.028
realisatie
€ 42.919
afwijking
€ 109 0.3%

Programmadoelstelling

Strategische doelen
Iedereen doet naar vermogen mee aan de samenleving en voorziet voor zover mogelijk zelf in het inkomen

Iedereen doet naar vermogen mee aan de samenleving en voorziet zover mogelijk zelf in het inkomen
We willen bereiken dat iedereen naar vermogen meedoet in de samenleving en voor zover mogelijk zelf voorziet in zijn inkomen. Deelnemen aan de samenleving kan op verschillende manieren en op verschillende niveaus. De Participatieladder is een meetinstrument waarmee je kunt vaststellen in hoeverre iemand, meedoet in de samenleving. De ladder is onderverdeeld in zes treden: van sociaal geïsoleerd tot werken zonder ondersteuning. Door een meting in de stadspeiling wordt de verdeling van alle Venlose inwoners over de Participatieladder zichtbaar.
Doelstelling 1 'het naar vermogen voorzien in eigen inkomen' heeft voornamelijk betrekking op trede 5 en 6. Doelstelling 2 'het naar vermogen actief deelnemen aan de maatschappij' heeft voornamelijk betrekking op trede 1 tot en met 4. Door een meting in de stadspeiling wordt zichtbaar of de mate van participatie is verhoogd.
Om dit te bereiken zetten we de producten arbeidsparticipatie, maatschappelijke participatie, inkomensondersteuning en armoedebeleid in.

Indicator

JR 2014

JR 2015

2016

2017

2018

Aandeel dat deelneemt in de samenleving door werk of andere maatschappelijke activiteiten (vrijwilligerswerk/ mantelzorg/ wederkerigheid)

79,00

77,00

80,00

81,00

82,00

Deze indicator is het percentage mensen dat deelneemt in de samenleving door werk of andere maatschappelijke activiteiten van het totale aantal inwoners in Venlo. De verwachting is dat door ontwikkelingen in Venlo (o.a. het werkgeversservicepunt, werkbedrijf en Huizen van de Wijk) het aandeel dat deelneemt in de samenleving zal stijgen.

Doelen & Prestaties

Het (naar vermogen) voorzien in eigen inkomen
Bij het streven naar participatie voor allen past het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt: een arbeidsmarkt die plaats biedt voor jongeren en ouderen en voor mensen met en zonder beperking. Participatie via arbeid levert een krachtige bijdrage aan sociale, economische en financiële zelfstandigheid, versterkt het gevoel van eigenwaarde en levert een bijdrage aan de sociale cohesie en de economie.

De doelstelling wordt uitgewerkt in onderstaande twee onderdelen:

  • Het naar vermogen werken
  • Het naar vermogen voorzien in eigen inkomen

Het naar vermogen werken
Bij het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt richt het programma Participatie en Werkgelegenheid zich op de volgende onderdelen:

  • Van onderwijs naar werk
  • Van werk naar werk
  • Van uitkering naar werk
  • Werkgeversdienstverlening

Op deze vier onderdelen hebben we het volgende gedaan:

1. Van onderwijs naar werk
In het kader van de aanpak Jeugdwerkloosheid is en wordt er intensief samengewerkt met onderwijspartijen en UWV: Baanwijs. Baanwijs is een netwerkorganisatie in de regio Noord-Limburg tussen gemeenten, UWV, onderwijspartijen VSO (voortgezet speciaal onderwijs), PrO (praktijkonderwijs), ROC (regionaal opleidingscentrum) en AOC (agrarisch opleidingscentrum). De ambitie van Baanwijs is dat alle kwetsbare jongeren in de regio Noord-Limburg naar vervolgonderwijs gaan, een werkplek, een passende dagbesteding hebben en behouden of in een toeleidingstraject zitten.

2. Van werk naar werk
In de fase tussen werkloosheidsdreiging en het ontslag is er van alles mogelijk om een overgang van werk naar werk te stimuleren. De kansen op het verkrijgen of behouden van werk voor de kwetsbare jongeren worden vergroot door de inzet van arbeidsdeskundigen. De arbeidsdeskundige gaat aan de slag met de jongeren op verzoek van een gemeente, stagebegeleiders of een werkgever. En heeft in overleg met het Werkgeversservicepunt werkgeverscontacten, past op basis van een werkplekonderzoek jobcarving toe, meet de arbeidsprestatie, stelt de loonwaarde vast en kent indien nodig samen met de coach loonkostensubsidie toe.

3. Van uitkering naar werk
In oktober 2015 is het regionaal Werkbedrijf Noord-Limburg opgericht met als primaire focus het realiseren van extra banen conform de Banenafspraak. De Banenafspraak komt voort uit het Sociaal Akkoord van 2013 waar het rijk en sociale partners hebben afgesproken om tot 2026 125.000 extra banen te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. Hiervan worden 100.000 banen gecreëerd in de marktsector en 25.000 banen in de overheidssector. Het Werkbedrijf is een bestuurlijk netwerk dat de centrale spil vormt bij de arbeidsbemiddeling voor de doelgroep Banenafspraak uit het Sociaal Akkoord. Het Werkbedrijf regio Noord-Limburg kiest voor een bredere opdracht en biedt dienstverlening aan alle werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. De primaire focus ligt bij de meest kwetsbare doelgroepen. Vanuit het Werkplein zijn in het afgelopen jaar werkzoekenden zo veel mogelijk groepsgewijs begeleid richting de arbeidsmarkt.

4. Werkgeversdienstverlening
In 2015 is ook het Werkgeversservicepunt Noord-Limburg van start gegaan en deze is daarmee de uitvoerende netwerkorganisatie waarin de zeven Noord-Limburgse gemeenten, UWV en de 3 Noord-Limburgse Sw-organisaties INTOS, NLW en WAA samenwerken. Partijen richten zich op het gezamenlijk professionaliseren van de werkgeversdienstverlening waarbij de vraag van de ondernemers centraal staat.

Doelstelling participatie
Het (naar vermogen) actief deelnemen aan de maatschappij
Naast het hebben van betaald werk is maatschappelijke deelname aan de gemeenschap van groot belang. Niet alleen voor het individu maar ook voor de gemeenschap als geheel. Ons verenigingsleven is ondenkbaar zonder de inzet van vrijwilligers en de ondersteuning van en zorg voor onze zwakste inwoners zou van een heel andere kwaliteit zijn zonder de belangeloze inzet van mantelzorgers. Overigens kunnen sommige activiteiten een volgende stap zijn naar betaald werk.
Er is inmiddels een dekkend netwerk Huizen van de Wijk gerealiseerd. Ontmoeten en ontplooien zijn twee belangrijke functies die in en door de wijk worden aangeboden om participatie te bevorderen. In de Huizen van de Wijk worden diverse activiteiten georganiseerd zoals de open inloop, eetpunten, repair café's en er zijn scootmobielpools. Er zijn dan ook behoorlijk wat buurtbewoners actief in de Huizen van de Wijk.
Om iedereen die actief is in de wijk te kunnen ondersteunen heeft de Vrijwilligerscentrale Venlo de opdracht gekregen om te fungeren als kenniscentrum voor vrijwilligers en de coördinatie van een vrijwilligersacademie.
Daarnaast is de doorontwikkeling van de functie Informatie & Advies in 2015 van start gegaan. Het Informatie & Advies punt in de Huizen van de Wijk wordt gerund door vrijwilligers en is de plek waar mensen terecht kunnen voor vragen en waar verbindingen tot stand komen.
Ook is in 2015 de nieuwe werkplaats bewonersondersteuning van start gegaan in de Venlose wijken en dorpen. Bewonersondersteuners staan ten dienste van de wijk en richten zich op het ontstaan en behouden van zelfsturende gemeenschappen die in staat zijn hun eigen prioriteiten te stellen en zelf activiteiten te ontwikkelen.
Op grond van de medio 2016 vast te stellen subsidieregel maatschappelijke participatie zijn diverse initiatieven gesubsidieerd die gericht zijn op het participeren en activeren van mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Een voorbeeld hiervan is CoFactory. Het doel van CoFactory is dat mensen een deel van hun inkomen zelf kunnen verdienen door te ondernemen. CoFactory faciliteert deze mensen en geeft ze de mogelijkheid om te starten als ondernemer.
Tenslotte wordt binnen KanDoen invulling gegeven aan de tegenprestatie/wederkerigheid.

Het naar vermogen voorzien in eigen inkomen
Onder deze doelstelling valt één van de meest fundamentele taken van de gemeente. Het gaat om het bieden van een vangnet voor mensen die geen of onvoldoende middelen van bestaan hebben. Deze taak is wettelijk vastgelegd in de Participatiewet. Iemand moet zo kort mogelijk van de inkomens voorziening gebruik maken. We verwachten daarom dat de inwoner iets terug doet voor de ontvangen diensten en er alles aan doet om snel mogelijk een baan te vinden of op een andere manier voldoende middelen krijgt om in zijn bestaan te voorzien.

Voor het betalen van de uitkering ontvangen we een budget van het Rijk, het BUIG budget. Eind 2014 is het voorlopige budget door het Rijk bekend gemaakt. Dit budget is op basis van een nieuw verdeelmodel berekend en bedraagt voor de gemeente Venlo € 38.970.673. Later is het budget bijgesteld naar € 39.560.742. Dit bedrag is een stuk lager dan het budget van voorgaande jaren. De prognose was dan ook dat dit budget niet voldoende zou zijn. Er is een actieplan opgesteld met maatregelen om dit tekort te beperken.
Overigens wordt op dit moment gewerkt aan een verbetering van het verdeelmodel. Voor 2016 zijn al een aantal verbeteringen verwerkt. Waar in 2015 het budget fors lager is ten opzichte van 2014 krijgen we voor 2016 ongeveer € 3,9 miljoen meer BUIG budget ten opzichte van 2015.

De maatregelen die in het actieplan genoemd zijn, zijn uitgevoerd. Er is bijvoorbeeld streng geselecteerd aan de poort. Van de ruim 2.000 mensen die zich telefonisch heeft gemeld, heeft ongeveer 32% een uitkering ontvangen. Van diegenen die geen uitkering hebben gekregen, hadden de meesten geen recht of ze hebben werk gevonden. Daar waar mensen de uitkering nodig hadden om van te leven, is deze verstrekt.
Het Werkplein heeft in 2015 de volgende plaatsingen gerealiseerd:

Niet alleen aan de poort is streng geselecteerd op rechtmatigheid van de uitkering. In het kader van handhaving is ook ingezet op de rechtmatigheid van de uitkeringen die al verstrekt werden. Het merendeel van de onderzoeken had te maken met een vermoeden van samenwoning, onvoldoende verstrekte gegevens of een vermoeden van niet gemelde inkomsten of vermogen. Het resultaat van al deze onderzoeken was dat in 2015 ruim € 1 miljoen is bespaard aan uitkeringskosten.

De financiële doelstellingen uit het actieplan zijn niet volledig gehaald. Het slagen van de maatregelen om het tekort te beperken is niet alleen afhankelijk van de inzet van de eigen organisatie. Hier spelen ook externe factoren een rol zoals de economische situatie, de ontwikkeling van de instroom in de uitkering en de mogelijkheden om mensen weer uit te laten stromen.
Daarnaast is het niet mogelijk om het financiële resultaat te bepalen dat zou zijn ontstaan zonder dat de maatregelen uit het actieplan waren ingezet. Er is geen referentiegroep. Per saldo is het bijstandsvolume groter gebleven dan begin 2015 ingeschat. De uitgaven zijn daarom ook hoger geweest dan verwacht.

Naast de wettelijke regelingen voor inkomensondersteuning bestaat het gemeentelijk armoedebeleid en de schuldhulpverlening. Dit is het sluitstuk van het gemeentelijk vangnet. Het armoedebeleid en schuldhulpverlening zijn erop gericht om armoede te bestrijden en te voorkomen. Hierdoor wordt meedoen in de samenleving makkelijker.

In mei 2015 is het (in co-creatie opgestelde) herijkte armoedebeleid aan de raad gepresenteerd en vervolgens door het college vastgesteld. Samen met de maatschappelijke partners is in 2015 gewerkt aan het samenstellen van een kindpakket. De verwachting is dat het kindpakket in 2016 uitgevoerd gaat worden.
In 2015 werd bekend dat de voedselbank andere huisvesting moest zoeken. De eigenaar van het pand had een andere bestemming gevonden en de ruimte werd te klein voor de voedselbank. Recent is geschikte herhuisvesting van de voedselbank gezocht en gevonden in Perron 55.
Tevens is de bereikbaarheid van een aantal bestaande armoederegelingen vergroot. Het voorlichtingsmateriaal is vereenvoudigd en de eigen medewerkers en maatschappelijke partners (o.a. in de huizen van de wijk) zijn geschoold. Het ging daarbij enerzijds om informatie over de regeling zelf, en anderzijds over het signaleren van armoede, het bespreken van en doorverwijzen naar de regelingen en het begeleiden bij het doen van een aanvraag.
In oktober is samen met Stichting Bindkracht een (net-)werkconferentie armoede georganiseerd. Verder heeft de gemeente Venlo deelgenomen aan de provinciale Voedselbankenactie van L1 en is voor kinderen uit gezinnen die het minder hebben een Sinterklaasvoorstelling gehouden in 't Roadhoës.

In 2015 is de aanbesteding voor de uitvoering van de schuldhulpverlening afgerond. PlanGroep is nog steeds onze samenwerkingspartner in de uitvoering. Er heeft ook een bestuurlijke aanbesteding plaatsgevonden voor budgetbeheer en bewindvoering. Dit heeft geleid tot een verbetering van de samenwerking met een aantal bewindvoerders en budgetbeheerders in de stad. We proberen door een betere samenwerking meer grip te krijgen op de kosten van bewindvoering en budgetbeheer.
In het kader van vroegsignalering van schulden en voorkoming huisuitzettingen is de samenwerking met de woningcorporaties voortgezet in de vorm van een intentieverklaring. Deze zal in het eerste kwartaal 2016 worden getekend. Hetzelfde geldt voor het voorkomen van afsluiten van water. Hiervoor is in 2015 gestart met de voorbereiding van een intentieovereenkomst met Water Maatschappij Limburg (WML). Ook deze zal in het eerste kwartaal 2016 worden getekend.
Voor extra ondersteuning (naast de inzet van professionals) en preventie van financiële problemen en schulden is een subsidie toegekend aan zowel de stichting SchuldHulpMaatje (SHM) als aan de stichting Humanitas, project thuisadministratie. Beide organisaties ondersteunen, door de inzet van opgeleide vrijwilligers, mensen met financiële problemen en schulden.
In het kader van schuldhulpverlening wordt tevens een workshop budgetteren aangeboden aan zowel jongeren als volwassenen die een aanvraag voor een uitkering hebben gedaan.

Financiën

bedragen x €1.000

Begroting na wijziging 2015

Rekening
2015

%

Verschil

Baten

43.028

42.919

100%

-109

Lasten

84.191

86.575

103%

-2.383

Saldo baten en lasten

-41.163

-43.656

106%

-2.493

Onttrekkingen aan reserves (baten)

867

519

60%

-348

Toevoegingen aan reserves (lasten)

838

913

109%

-75

Saldo verrekening met reserves

29

-394

-1346%

-423

Totaal resultaat programma 03

-41.134

-44.050

107%

-2.916